Stichting Sannen

  • Vergroot lettergrootte
  • Standaard lettergrootte
  • Verklein lettergrootte
Home

HET ONDERZOEK NAAR DE OORSPRONG EN DE OUDERDOM

E-mailadres Afdrukken PDF
 

Van de familie Sannen vervolgen ik met een bericht over Martinus Franciscus Sannen, 1865-1921.


Martinus Franciscus Sannen werd geboren te Tilburg op 6 januari 1865. Hij was één van de zeven zonen van Adriaan Sannen en Alida van Dun. In hetzelfde jaar 1865 verhuisden zijn ouders van Tilburg naar Lochem. Adriaan Sannen, die bij de geboorte van zijn kinderen opgaf, lakenwever te zijn, trad op 1 mei 1865 in dienst bij de Staatsspoorwegen als wegwerker. Hij wordt op 1 november 1865 overgeplaatst naar Lochem, in de functie van ploegbaas, met een salaris van ƒ 20,- per halve maand.

Martinus Franciscus brengt zijn eerste jeugdjaren door in Lochem en daar heeft hij waarschijnlijk ook zijn eerste onderwijs genoten, want naar later blijkt, kan hij lezen, schrijven, rekenen en heeft hij kennis van de Nederlandse taal.

Het gezin Sannen verhuist tien jaar later naar Waardenburg, waar vader Adriaan op 16 augustus 1875, in dezelfde functie wordt aangesteld tegen een beloning van ƒ 1,60 per dag. Zoon Martinus Franciscus volgt het voorbeeld van zijn vader en komt op 1 juli 1881 als hulp-wegwerker in dienst bij de Staatsspoorwegen - in de sectie Nijmegen - en verdient daar ƒ 0,80 per dag. Op 18 juli 1890 trouwt hij te Zevenbergen met Anna van der Made, dochter van Peter van der Made, landbouwer, en Anna Tabak. Op 1 december 1890 wordt Lage - Zwaluwe zijn standplaats. Hij wordt bevorderd van arbeider tot arbeider-telegrafist.

Dan maakt hij een mooie promotie, want op 15 augustus 1893 wordt hij aangesteld als haltechef in Usquert met een salaris van ƒ 1,40 per dag. Usquert ligt aan de spoorlijn van Groningen naar Roodeschool. Deze Brabander blijft echter niet lange in het hoge Noorden. Op 1 oktober 1894 is hij haltechef in America (Horst-America in Limburg) aan de spoorlijn Eindhoven-Venlo.

In de jaren hierna gaat het mis met hem; hij oefent zijn werk, naar het schijnt, minder nauwkeurig uit. Op 16 december 1895 wordt hem een straf opgelegd. De directie houdt drie dagen bezoldiging in . Aanleiding: een trein laten passeren alvorens het sein 'binnen' van den voorgaande trein ontvangen te hebben. Op 17 mei1898 volgt voor hem ontslag met een aantekening: Niet eervol ontslagen wegens verschillende onregelmatigheden.



Het jonge gezin Sannen verkeert in  moeilijkheden. Er zijn twee kinderen: Adriaan Pieter Martinus, geboren te Horst op 6 juli 1895 en Anna Alida Maria, geboren te Horst op 6 november 1896.

Zij wonen vanaf 21 februari 1898 in Waardenburg. Zij kwamen uit Zevenbergen.


Volgens het Bevolkingsregister van de Gemeente Waardenburg wonen deze kinderen in bij Petrus Sannen en zijn echtgenote Pieternella Jansen, broer en schoonzus van Martinus Franciscus Sannen. Bij de namen van deze kinderen is zeer beknopt vermeld: vertrokken naar Duitsland. Geen plaats of datum wordt genoemd.

Maar waar verblijven nu de ouders? Is dit gezin uit elkaar gevallen? Waarom gaan de kinderen naar Duitsland?

Op deze vragen geeft de tweede persoonsstaat van Martinus Franciscus enige opheldering. Op deze staat is vermeld dat hij opnieuw is aangesteld in 1919 bij zijn voormalige werkgever, de Staatsspoorwegen, overgenomen van NBDS.

Maar wie of wat is NBDS?

Henk Sannen, penningmeester van De Stichting, gepensioneerd spoorwegemployé te Blerick, is in het bezit van een gedenkboek getiteld:

Gedenkschrift Noord-Brabantsch-Duitsche Spoorwegenmaatschappij en Spoormonument Lok 94 te Gennep. Uitgave van de Noord Limburgse Boekhandel, Gennep 1982.

Deze maatschappij is opgericht bij notariële akte in 1869 en heeft bestaan tot 1919 toen zij door de Staatsspoorwegen werd overgenomen. Zij exploiteerde één lijn: Boxtel,- Vegel,-Uden-Gennep en verder Duitsland in tot aan Wesel. Deze kleine maatschappij kampte met financiële moeilijkheden, vooral toen in WO I (1914-1918) het spoorwegverkeer tussen Duitsland en bestemmingen in Nederland wegviel. De overname-overeenkomst tussen NBDS en de Staatsspoorwegen trad in werking op 1 juni 1919. Het gehele personeel van de NBDS kwam in dezelfde op gelijkwaardige functie in dienst bij de Staatsspoorwegen.

Martinus Franciscus Sannen kwam in dienst bij de NBDS op 16 januari 1900. En op 1 juni 1919 komt hij weer in dienst bij de Staatsspoorwegen voor een jaargeld van ƒ 2.250,- in de rang van Commies. Op 3 september 1919 heeft hij voldaan aan het examen voor leerling klerk.


Op 1 januari 1921 wordt zijn salaris verhoogd tot

ƒ 3.648,- per jaar. Hij overlijdt te Utrecht op 15 december 1921 bijna 56 jaar oud.

Het werkgebied van de NBDS strekte zich uit tot in Duitsland. De mededeling in het Bevolkingsregister dat de kinderen Sannen naar Duitsland gaan, wijst er waarschijnlijk op dat hun vader Martinus Franciscus Sannen in Duitsland werd te werk gesteld.

Weinigen weten dat er naast de vier spoorwegmaatschappijen, die kort voor 1940 opgaan in de NV Nederlandsche Spoorwegen, nog andere meest zeer kleine maatschappijen hebben bestaan. Een van deze kleine maatschappijen is de NBD: de Noord-Brabantsch-Duitsche-Spoorwegmaatschappij. Deze maatschappij diende waarschijnlijk geen groot economisch belang en het is misschien daarom dat in het boek:

Geschiedenis van Noord-Brabant (uitgave Boon, Amsterdam 1996) de bewogen geschiedenis van deze kleine maatschappij met één regel wordt afgedaan op pagina 162, deel I.


De gegevens voor dit overzicht komen uit:

  • ü Burgerlijke Stand en Bevolkingsregister van de Gemeente Tilburg, Waardenburg en 's-Hertogenbsoch.
  • ü Archief Nederlandse Spoorwegen.
  • ü Gedenkschrift Noord-Brabantsch-Duitsch Spoorwegenmaatschappij.

Koos van Ham,

Archiefonderzoeker